Advaita Nederland (Non-dualiteit)
Praten over Advaita, Boeddhisme en Non-dualiteit
Populaire berichten
-
Verschenen in Satsang, Douwe Tiemersma, 2013, p. 256 Verruiming, zorgen en onverschilligheid Gouda op 30 augustus 2009 Douwe...
-
Podcast met Jos Holst en Victor Hooftman (Advaita Nederland) over Jos zijn jeugd en de non-dualiteitEen podcast met Jos Holst. Zijn jeugd en de non-dualiteit. Jos heeft niet zoveel op met de theorie van de Advaita. Hij werkt in de psychiatr...
-
Ik heb een week of 4 geleden deze teksten beluisterd. Ik ga het nog een keer doen. Hele mooie zomercursus van Alexander Smit. In 7 dagen, ...
zondag 2 maart 2025
Verruiming, zorgen en onverschilligheid, Douwe Tiemersma
dinsdag 18 februari 2025
In a time of hate, Love is an act of resistance, Loryn Brantz
dinsdag 11 februari 2025
The end of Spirituality, Jeff Foster
Wij Zijn Net Vlinders, Michael Markham
vrijdag 7 februari 2025
Lijden en pijn, Michael Markham
Lijden en Pijn
Een fraaie van Michael Markham:
Dit is niet het einde van het lijden, maar eerder het diepgaande vermogen om fysiek en psychologisch lijden te beschouwen als een inherent onderdeel van de menselijke gesteldheid. Leed is geen anomalie of een gebrek; het zit verwerkt in het weefsel van het bestaan.
Fysieke pijn komt voort uit de broosheid van het lichaam, terwijl psychisch lijden het gevolg is van de neiging van het denken om vast te houden, weerstand te bieden en eindeloos het verhaal van ‘ik’ op te hangen in een wereld die afzonderlijk en onzeker voelt.
Dat helder voor ogen hebben betekent niet dat lijden wordt ontkend of van tafel geveegd, maar inzien dat het een integraal aspect is van het menszijn. Het betekent erkennen dat lijden niet overwonnen of uitgewist, maar gadeslagen en bewust tegemoet getreden moet worden.
Deze verschuiving laat het lijden niet verdwijnen, maar transformeert onze relatie ermee. Verzet-tegen en identificatie-met, waardoor pijn onder een vergrootglas wordt gelegd beginnen op te lossen, en wat rest is een duidelijker beeld van lijden als onderdeel van de natuurlijke stroom van het leven.
Dat inzicht levert een stilzwijgende bevrijding op, niet van het lijden zelf, maar van de illusie dat het iets persoonlijks of fout is. Het zet de deur open voor mededogen, voor jezelf en voor anderen, omdat we inzien dat die hoedanigheid universeel is.
Zo betekent het vermogen om lijden te zien voor wat het is niet het einde van de pijn, maar de scherpe kanten gaan eraf, zodat er ruimte ontstaat voor een diepere aanvaarding van, en vrede met het onvermijdelijke.
Dat is de universele liefde en vrede die alle begrip ontstijgt.
Dat is het Ontwaken.
De paradox, Tarek Moussaoui
Wat 'ik' probeer te verwoorden is eigenlijk niet te omschrijven met woorden en voelt als een paradox die zich telkens verder in zichzelf vouwt: het ‘ik’ waarvan ik dacht dat het mij definieerde, is niets meer dan een illusie die verdampt zodra ik het probeer te grijpen.
Als ik stilzit en diep naar binnen kijk, wordt duidelijk dat wat ik beschouw als mijn ‘ik’ – die voortdurende vertelling van gedachten, herinneringen en zelfbeelden – nergens werkelijk bestaat. Het lijkt te zijn opgebouwd uit lagen van concepten en projecties, maar zodra ik die lagen probeer af te pellen, vind ik niets. Of beter gezegd: ik vind niets dat afgescheiden is van dat wat al is.
De overtuiging dat ik een afzonderlijke entiteit ben, blijkt een mechanisme van identificatie te zijn. Mijn gedachten fluisteren voortdurend dat ik een waarnemer ben, een centrum van ervaring, maar als ik vraag: “Wie is deze waarnemer?” dan stuit ik op leegte. Geen persoon, geen entiteit, alleen een oneindige ruimte waarin gedachten, emoties en waarnemingen verschijnen en verdwijnen, zonder eigenaar.
Wat ik ervaar, is geen verlies, maar een onthulling: de wereld zoals ik haar ken, blijkt een droom te zijn die door de mind wordt gesponnen. Alles wat ik ‘ik’ noem – lichaam, geest, identiteit – is niets anders dan een fenomeen dat opkomt in dat wat nooit verandert. En dat wat nooit verandert, kan ik niet benoemen, niet begrijpen, want ik ben dat. Er is geen grens tussen mij en dat wat ik waarneem; de dualiteit van binnen en buiten stort in, en wat overblijft, is enkel aanwezigheid.
Dit inzicht is niet iets wat ik kan claimen, want in de erkenning ervan valt het ‘ik’ dat zou willen claimen weg. Wat overblijft, is geen persoon die vrij is, maar vrijheid zelf – vrij van personen, vrij van grenzen. En in deze vrijheid is alles wat ik zocht al hier, altijd al hier geweest.
Maar zelfs dit schrijven is slechts een schaduw van de werkelijkheid waar ik naar wijs. Elk woord, hoe zorgvuldig gekozen ook, schiet tekort, want taal is een instrument van dualiteit. Toch probeer ik, hopeloos en onvermijdelijk, te zeggen wat niet gezegd kan worden, in de hoop dat de woorden op hun eigen manier naar de stilte zullen wijzen waaruit ze voortkomen.
Bloeden en bloeien, Jes Jespers
BLOEDEN EN BLOEIEN
Volwassenen zijn net bloemen
nog wel verborgen in de knop
beschermd door de blaadjes van het ego
Tot die in bevrijding worden opgelost.
Tot zolang blijft het levend dromen
Over werkelijkheden die nooit zullen komen
Wachten op het licht en het geluk van buiten
Terwijl het in je wacht om te ontsluiten
In het eeuwig Nu in barenswee ontwaken
Uit het iemand zijn met zorgen en pijn
En herboren worden als een niemand
Met achterlating van die oude huid vol pijn
13-7-14
Jes Jespers
Şeb-i Arûs (Bruiloftsnacht)
Şeb-i Arûs (Bruiloftsnacht)
17 december is een bijzondere dag in de traditie van de Perzische dichter en mysticus Jalal ad-Din Rumi (1207-1273). Het staat bekend als de Şeb-i Arûs, wat in het Turks letterlijk “Bruiloftsnacht” betekent. Deze dag markeert de sterfdag van Rumi, maar in plaats van rouw, wordt deze dag in de Mevlevi-soefi-traditie gevierd als een feestelijke hereniging met het goddelijke.
Rumi beschouwde de dood niet als een einde, maar als een terugkeer naar de bron, een hereniging van de ziel met God. Hij noemde dit de “bruiloft” tussen de ziel en het eeuwige. Voor Rumi was de dood een overgang naar een hogere staat van liefde en eenwording met het goddelijke.
In zijn werk zei hij hierover:
“Wanneer ik sterf, zoek me niet in het graf; je zult me vinden in de harten van geliefden.”
De kernboodschap van Rumi en Şeb-i Arûs
De viering van Rumi’s sterfdag is niet alleen een religieuze gebeurtenis, maar ook een universele herinnering aan zijn boodschap van liefde, mededogen en het loslaten van ego om dichter bij God en het mysterie van het bestaan te komen.
Een van zijn beroemde uitspraken vat dit mooi samen:
“Sterf voordat je sterft, zodat je werkelijk zult leven.”
When we aren’t seeking love and approval from others, Jeff Foster
WHEN WE STOP SEEKING APPROVAL
When we aren’t seeking
love and approval from others
When we don’t mind anymore
what they think of us
Whether they like us
Or agree with us
Or understand us
Or even see us
Then we are free
Free to be ourselves
Free to express our authenticity
Free to be wild
Free to be soft
Or fierce
Or silly
Or wise
Or angry
Or silent
Or sensual
Or weird or not
Free to express what’s truly alive for us
And not censor it
Or manipulate it for “likes”
Or control it for “love”
Or moderate it for “acceptance”
We are finally content to be ourselves
Seen or ignored
Ridiculed or celebrated
Loved or hated
Or whatever
It doesn’t really matter
Not on the deepest level anyway
(And it doesn’t mean
we aren’t still open to feedback
and exploring our blind spots)
But we finally approve of ourselves
And accept ourselves
And love ourselves
And feel safe inside of ourselves
So we don’t need to go “out there” for approval
And the hunt for safety “out there” fades away
And we find the deepest safety “in here”
So when they laugh at us
Or dislike our expression
Or ridicule us
Or try to shame us
We can smile
And have compassion
And refocus
And just keep walking the path
The path of authenticity
The path of ourselves
Jeff Foster
dinsdag 24 december 2024
Chat GPT over de persoon
zondag 22 december 2024
Alone with the Alone by Ibn Arabi
zondag 1 december 2024
Franse vertaling van Naar de Openheid beschikbaar van Douwe Tiemersma vertaald door Odile de Westphalen (odile.bbr@gmail.com)
zaterdag 30 november 2024
Within oneself .... J. Krishnamurti
woensdag 27 november 2024
I returned to my heart*یار مرا غار مرا...✨inspired by #Rumi by Shervin Nekuee
vrijdag 22 november 2024
Cadeautjes voor de lezers van Advaita Nederland voor de kerst!
dinsdag 19 november 2024
Ik wens je geluk (Dick Sinnige)
maandag 18 november 2024
Jan van Delden, 27 maart 1951 - 14 november 2024
vrijdag 18 oktober 2024
Ontwaken✨Door Shervin Nekuee
woensdag 28 augustus 2024
maandag 19 augustus 2024
All you have to do is get quiet for a moment."~ Leonard Cohen
dinsdag 30 juli 2024
At the dock at dawn - Karma, Wouter van Oord
zaterdag 27 juli 2024
vrijdag 19 juli 2024
Maak van mijn hart brandhaard van liefdesvuur✨الهی به مستان جام شهود✨
woensdag 17 juli 2024
Lopend over water, onaangetast door welke emotie of pijn dan ook (Jodis Vincken)
Moonchild ... (Wouter van Oord)
zondag 14 juli 2024
Een wandeling in de buurt
vrijdag 21 juni 2024
Memphis Depay en de Ghanese en Christelijke connectie.
maandag 17 juni 2024
Neither I am me, nor You are You (Rumi)
zondag 16 juni 2024
Gravity is love (About Nisargadatta) door Wouter van Oord
woensdag 12 juni 2024
Omarm het onvolmaakte (Ovanti)
donderdag 6 juni 2024
Interview met Jim Newman door Patrick Kicken. Niets nieuw, niets oud.
maandag 3 juni 2024
Wedergeboorte... (Guy Dubois)
Wedergeboorte? Een misleidend begrip
In het boeddhisme wordt de term ‘wedergeboorte’ (Pali: punabbhava, waarbij ‘puna’ opnieuw betekent en ‘bhava’ worden of ontstaan) gebruikt om het proces te beschrijven waarbij een stroom van bewustzijn (Pali: vinnanasota) van het ene leven naar het andere overgaat. Het begrip ‘wedergeboorte’ kan echter verwarrend en misleidend zijn, omdat het suggereert dat er iets permanents en onveranderlijks opnieuw geboren wordt, zoals een ‘ziel’ of ‘zelf’.
Een nauwkeurigere manier om het boeddhistische begrip van wedergeboorte te beschrijven, is het te beschouwen als een continuüm van bewustzijn of, nog beter, als een proces van oorzakelijke verbanden die van het ene leven naar het andere overgaan. In de Pali-canon, bijvoorbeeld in de Assu Sutta (Samyutta Nikaya 12.61), wordt de metafoor van een kaarsvlam gebruikt om dit proces uit te leggen: wanneer je een kaars aansteekt aan een andere kaars, wordt de vlam doorgegeven, maar het is niet dezelfde vlam die verder brandt. Op dezelfde manier wordt bewustzijn doorgegeven zonder dat er een permanente entiteit is die de overgang maakt.
Volgens de leer van de Boeddha is er geen permanent, onveranderlijk ‘zelf’ of ‘ziel’ die door verschillende levens heen reist. In plaats daarvan wordt een mens gezien als een verzameling van vijf aggregaten of componenten (Pali: khandhas): materie, waarneming, gewaarwordingen, mentale formaties en bewustzijn. Deze khandhas zijn voortdurend in verandering en onderhevig aan oorzakelijke verbanden.
Om geen valse verwachtingen te creëren, is het dus beter om ‘wedergeboorte’ te begrijpen als een stroom van bewustzijn (Pali: vinnanasota). Dit is geen enkelvoudige, permanente entiteit die overgaat, maar een continuüm van momenten van bewustzijn die elkaar opvolgen, beïnvloed door oorzaken en voorwaarden. Wanneer een persoon sterft (‘wanneer de khandhas uit elkaar vallen’), gaat deze bewustzijnsstroom verder in een nieuw bestaan, afhankelijk van het opgebouwde kamma.
De leer van afhankelijk ontstaan (Pali: paticca-samuppada) beschrijft hoe fenomenen ontstaan in afhankelijkheid van oorzakelijke verbanden. Dit geldt ook voor de stroom van bewustzijn die van het ene leven naar het andere gaat. Wedergeboorte is niet het resultaat van een permanente ‘ziel’ die verhuist, maar van een complex netwerk van oorzakelijke verbanden die leiden tot nieuwe manifestaties van bewustzijn.
Het uiteindelijke doel van de boeddhistische praktijk is om nibbana te bereiken, wat betekent dat de dhammanuvatti bevrijd wordt van het continuüm van wedergeboorte. Concreet betekent dit dat de beoefenaar ‘uitdooft’. ‘Uitdoven’ betekent dat hij geen sankhara’s (conditioneringen of mentale formaties) meer produceert die voortkomen uit onwetendheid (Pali: avijja), verlangen (Pali: tanha), en afkeer (Pali: dosa).
Wanneer de dhammanuvatti nibbana bereikt, worden de oorzaken van het voortdurende proces van wedergeboorte—namelijk onwetendheid, verlangen, en afkeer—volledig uitgeroeid. Hierdoor houdt de cyclus van wedergeboorte (Pali: samsara) op. Dit kan vergeleken worden met het uitdoven van de metaforische vlam: wanneer de brandstof (de sankhara’s van onwetendheid, verlangen en afkeer) opraakt, dooft de vlam. In deze zin betekent het bereiken van nibbana dat de beoefenaar geen kammische oorzaken meer creëert die leiden tot een nieuwe geboorte, waardoor er automatisch een einde komt aan het samsarische bestaan.
Nibbana wordt bereikt door inzicht te verkrijgen in de ware aard van de werkelijkheid, het doorbreken van de ketens van kamma en het stoppen van de oorzakelijke verbanden die leiden tot verder bestaan.
Hoewel ‘wedergeboorte’ een gebruikelijke term is in de boeddhistische leer, kan het concept veel beter begrepen worden als een continuüm van bewustzijn of als een proces van oorzakelijke verbanden. Dit benadrukt duidelijk dat er geen permanente entiteit is die herboren wordt, maar eerder een voortdurende stroom van bewustzijnsmomenten die zelf afhankelijk zijn van oorzaken (Pali: hetu’s) en voorwaarden (Pali: paccaya’s).
In de context van Boeddha’s leer kan men zeggen dat elke mentale of fysieke transformatie een vorm van ‘wedergeboorte’ is. Wedergeboorte, of ‘punabbhava’, verwijst niet zozeer naar de overgang van een leven naar een ander na ‘het uiteenvallen van de khandhas’, maar vooral naar de voortdurende processen van verandering en vernieuwing die van moment tot moment plaatsvinden.
In het boeddhistische begrip van anicca (vergankelijkheid) en anatta (niet-zelf), is elk moment een proces van geboorte en dood, van ontstaan en vergaan van mentale en fysieke verschijnselen. Dit betekent dat er een voortdurende stroom van veranderingen en oorzakelijke verbanden is, waarbij elke nieuwe situatie voortkomt uit de vorige. Deze voortdurende stroom kan beschouwd worden als een (oneindige) reeks van hergeboortes op micro- en macroniveau.
Dus, elke significante verandering of transformatie in ons leven, zoals veranderingen in onze gedachten, emoties, gedrag, of zelfs fysieke verschijning, kan opgevat worden als een ‘wedergeboorte’. Elke verandering is een ‘wedergeboorte’. Dit veel bredere perspectief helpt om de dynamische aard van het bestaan te begrijpen en benadrukt de onderlinge verbondenheid van alles met alles, van alle momenten en gebeurtenissen. Van ontstaan en vergaan.
En zo komen we, als vanzelf, terecht bij wat de Boeddha in zijn eerste voordracht (Dhammacakkappavattana Sutta, Samyutta Nikaya 56.11) in het Hertenkamp van Sarnath het Dhamma-oog noemde, ‘het zuivere en onbezoedelde weten’:
‘Yam kinci samudayadhammam sabbam tam nirodhadhamma — Alles wat onderhevig is aan ontstaan, onderhevig is aan vergaan.’
Door deze perspectiefverandering wordt het boeddhistische begrip van ‘wedergeboorte’ ook veel beter in lijn gebracht met de leer van anatta (geen zelf) en paticca-samuppada (afhankelijk ontstaan).