Populaire berichten

zondag 13 mei 2012

Na de operatie, ervaring van Douwe Tiemersma over non-dualiteit


Gereserveerd staat op het kruis.

Na de operatie

Dit is nog een vervolg op de stukjes die ik schreef over de situatie rondom de operatie. Misschien laat de beschrijving de lezer iets van existentieel belang herkennen.

Het lichaamsschema
Wat  doe je als de schepping inclusief zintuiglijke constructie na de narcose doorgaat? Alle dingen van lichaam en wereld komen terug. Toch blijft er een zekere afstand tussen jezelf en het lichaam met zijn wereld, doordat het lichaam niet meer op een vanzelfsprekende manier functioneert. Dit functioneren komt niet meer overeen met de vanzelfsprekendheid allerlei dingen lichamelijk te kunnen doen. Bij gezondheid gaan 'ik kan' en het lichaam samen. Het lichaam is een ‘ik kan’ (Merleau-Ponty). Nu kunnen er allerlei dingen niet meer. Het leven is aan bed gekluisterd, de voeding komt door een infuus, bewegen gaat nauwelijks. Natuurlijk, het leven zou zonder operatie gauw zijn afgelopen. Dat het leven doorgaat, is een wonder, een extra gave, een toegift. Toch is de onnatuurlijkheid duidelijk. De oude schema's van lichaam en bewegen geven nog steeds aan wat als normaal wordt ervaren. Zij passen zich niet gemakkelijk aan aan de nieuwe lichamelijke situatie.
De schema’s zitten niet op mentaal niveau. Als dat het geval zou zijn, zou je door iets anders te gaan denken je hele lichamelijke situatie direct kunnen veranderen. Ze zitten dieper  in het geleefde lichaam verankerd. De schema’s zitten ook niet op het nog diepere niveau van de schepping van de wereld en het fysieke lichaam. Daarom kan er een discrepantie tussen de schema’s en de fysieke toestand zijn. Voor de nodige aanpassing is geduld nodig.
De verwevenheid van het lichaam en mijzelf, mijn eigen zelfzijn, is sterker op het niveau van de schema’s dan op het fysieke niveau. Daarom is er bij de fysiek-lichamelijke verstoring gemakkelijk een discrepantie en vervreemding van het fysieke lichaam vanuit het ik van de ‘ik kan’-schema’s. ‘Waarom gaat het lichaam niet mee met mijn intenties, met wat ik wil doen?’ Ja, er zal een aanpassing moeten plaatsvinden, maar wat is de plaats van het eigen zelfzijn daarbij?
De beperkingen van jezelf gelden dus de lichaams/bewegingsschema’s voor zover je daarmee bent geïdentificeerd. Nu ze niet meer aansluiten op de fysieke werkelijkheid, is de betrekkelijkheid (het betrokken zijn op een speciale gezondheidssituatie) duidelijk. In hun betrekkelijkheid kun je ze accepteren, maar ook loslaten. Bij dit vrij laten van de diepere lagen van de eigen lichamelijkheid kun je je bewust worden van de oneindige vrijheid van je zelfzijn.

Gelatenheid en non-dualiteit
Ook later blijven er de ongemakken niet alles te kunnen doen wat vroeger zonder problemen ging. Het eten en liggen kan alleen op een aangepaste wijze. Ook pijnen zijn er nog steeds. Waardoor ze ontstaan is niet duidelijk. Duidelijk is wel dat ik geen aandacht aan die pijnen moet geven., hoewel dit een vrij automatische reactie is. Als ik dat zou doen, worden ze sterker. Ook komen er dan allerlei gedachten over wat wel niet zou kunnen gebeuren. Dan kom ik vast te zitten. Zo moet ik ook geen aandacht geven aan de tijd, de opeenvolging van eerst dit en dan dat. Die opeenvolging is uiterst moeizaam, alleen al bij het anders gaan liggen, het verschonen van het operatiejasje en later bij het tandenpoetsen.
De ongemakken en de pijn zijn niet weg te denken, dus je moet wel alles laten gebeuren. Dit laten is mogelijk vanuit een houding van gelatenheid (Eckhart, Heidegger). In het grotere geheel kan ik dan de eigen situatie loslaten en haar eigen gang laten gaan. Dat geeft een ontspanning van het ik dat eerst alles vanuit een ‘ik wil’ en ‘ik doe’ in de tijd wilde regelen. Maar het is duidelijk dat dit geen totale ontspanning is. Bij de gelatenheid is er nog een zelfzijn dat gelaten is en zich gelaten opstelt, dat gelaten de dingen maar laat gebeuren omdat zij toch niet zijn te veranderen. Gelatenheid is een houding en instelling van een ik met een centrum in de tijd.
Ik laat mijn aandacht en gevoel maar open komen en ga in die verruiming mee. Mijn zijn en zijnservaring worden oneindig en die oneindigheid gaat over in een onuitsprekelijke non-dualiteit.

* * * * *


Geen opmerkingen: